Frisian Foodture: alle schakels zullen een duurzame samenwerking aan moeten gaan. 

Het congres Frisian Foodture en de opening van de landelijke De Week van Ons Eten maakten Bolsward op 4 oktober tot de voedselhoofdstad van Nederland. Voedselprofessionals, beleidsmakers en studenten zorgden voor positieve discussies over de voedselketen. Hoogtepunt was voor meer dan 300 gasten de discussie ‘Wie verdient wat in de keten’ onder leiding van oud-minister Gerda Verburg met Ton van Veen, Roy Meijer, Tuncay Özgüner en Sandra Molenaar.

Het congres Frisian Foodture was niet alleen een platform voor kennisdeling maar ook een oproep tot actie. De boodschap was duidelijk: samenwerking is essentieel voor een duurzame toekomst. De diversiteit van de gesprekken en de inzet van de deelnemers onderstreepten het belang van innovatie en educatie binnen de voedselketen. Ook benoemde Friso Douwstra, gedeputeerde van de Provincie Fryslân, dat we de boeren niet uit het oog en uit het hart moeten verliezen. 

In tien deelsessies op zes prachtige historische locaties kwamen onderwerpen aan de orde als innovatie, voedselverspilling, de rol van voedsel in relatie tot onze gezondheid en voedselzekerheid. Experts benadrukten de noodzaak om voedselverspilling tegen te gaan en de voedingswaarde van ons voedsel te verhogen. TV-ster Janny van der Heijden pleitte in haar positieve bijdrage bijvoorbeeld voor meer variatie in onze voeding en het betrekken van kinderen bij het telen van groenten. 

Gerda Verburg
In de plenaire sessie geleid door Gerda Verburg kwamen op een onderhoudende manier belangrijke vragen over de waardeverdeling binnen de voedselketen aan de orde. Ton van Veen, CEO van Jumbo, sprak namens de retail, Roy Meijer, staat als voorzitter van de nieuwe generatie boeren en tuinders aan de oorsprong van de keten, Tuncay Özgüner van FrieslandCampina sprak namens de verwerkende industrie en Consumentenbond-directeur Sandra Molenaar namens de consument. Zij deelden hun visie op de toekomst van voedselproductie in Nederland en hoe we netto neutraal kunnen produceren. 

Roy Meijer verwoordde op een nuchtere en zakelijke manier de mening van veel jonge boeren en tuinders, waarbij hij met name ‘toekomstperspectief’ noemde. Hij kreeg een instemmend applaus van het voltallige publiek met zijn opmerking dat we trots kunnen zijn op wat de keten zelf heeft bereikt. En dat de overheid daar nog wat van kan leren!

Het pleidooi van Ton van Veen ging vooral over het belang van het creëren van een duurzame samenwerking in de keten gebaseerd op voorspelbaarheid, vertrouwen en verwaarding. Alleen dit kan de ruimte bieden om te komen tot een eerlijke beloning voor het getoonde ondernemerschap, de gedane investeringen en de verrichte arbeid voor iedere schakel in de keten.

Centraal in deze discussie stond het belang voor mens, dier, natuur én een duurzaam verdienmodel voor boeren en tuinders. Ook de consument heeft hierin volgens Sandra een belangrijk aandeel: ”De consumenten heeft voor het betreden van de supermarkt vaak mooie idealen, maar slimme marketing domineert het koopgedrag. Overconsumptie leidt tot gezondheid- en milieuschade. Denk niet aan kwantiteit, maar aan kwaliteit.”

Tuncay Özguner benadrukte dat we beschikken over een prachtige voedselketen en dat voedselzekerheid een belangrijk onderwerp is: “De boeren willen ondernemen maar als dat door beperkingen hier niet mogelijk is, dan zullen ze dat ergens anders doen. De overheid moet een kader scheppen en de verschillende schakels in de keten—boeren, verwerkende industrie, de retail en de consument — zullen moeten samenwerken.”  

Gerda Verburg concludeerde: “We moeten nog beter samenwerken en vertrouwen in elkaar hebben om een gezamenlijke toekomstvisie te delen. Als de consument in de supermarkt intuïtief de juiste keuze durft te maken, zal het ook voor onze kleinkinderen heel normaal zijn dat de schappen van de supermarkt gevuld zijn voor onze kleinkinderen.” 

Als we de voedselvoorziening in Nederland willen verduurzamen en toegankelijk willen maken voor iedereen, zullen alle schakels in de keten moeten samenwerken. De uitdagingen zijn groot, maar de aanwezigen verlieten het historische Bolsward met nieuwe inzichten en een gevoel van gedeelde verantwoordelijkheid om de toekomst van ons voedsel vorm te geven. Het was een inspirerende dag die de weg effent naar een duurzamere voedselomgeving.