Zuivel: engel of duivel?
Sinds de middeleeuwen kennen we de uitdrukking “zuivel op zuivel, dan haalt je de duivel”. Dat sloeg toen vooral op de zonde van het te buiten gaan aan overvloedig luxe voedsel. Sindsdien is zuivel afwisselend behandeld als engel (“melk moet”, “melk is goed voor elk” en “melk de witte motor”) en als duivel (“melk de witte sloper”). Vanwege het hoge verzadigd vetgehalte zou met name volvette zuivel en kaas moeten worden gemeden en melkeiwitallergie, lactose intolerantie en vermeende nadelige effecten van groeifactoren bij kanker worden frequent benadrukt.
Beide beelden zijn karikaturen; zuivel kan vanwege het hoge gehalte aan gunstige voedingsstoffen een belangrijke plaats innemen in een gezond voedingspatroon maar zonder kan het ook. Wat momenteel zuivel ook een slechte naam geeft is de bewerking tot zoete drankjes en toetjes die kunnen bijdragen aan overconsumptie en daarmee overgewicht. Terug naar de basis lijkt daarom een verstandig advies voor consument en producent.
Jaap Seidell is hoogleraar Voeding aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.

Jaap Seidell